Explore
Het Bataviaasch Genootschap van Kunsten en Wetenschappen, opgericht in 1778, is de voorloper van het Nationaal Museum en de Nationale Bibliotheek van de Republik Indonesia en geldt als de belangrijkste cultureel-wetenschappelijke organisatie van Nederlands-Indië in de VOC-tijd en de koloniale periode. In deze studie naar de vroege geschiedenis van deze eerbiedwaardige instelling komen aan de orde: de oprichting, het programma en het werkterrein van het genootschap, het ledenbestand en de leiding, groei, verval en wederopstanding, maar vooral de relatie tot de overheid van deze formeel private onderneming, die soms eerder een overheidsinstelling leek te worden. Het archief van het Genootschap, dat bewaard wordt in het Nationaal Archief van de Republik Indonesia, is hiertoe de belangrijkste bron geweest. Het is sinds 1878 nauwelijks beschikbaar geweest voor onderzoekers buiten de kring van het genootschap. Voor historici, linguïsten, antropologen, archeologen en anderen is het genootschapsarchief en de geschiedenis van het genootschap van groot belang.Hans Groot (1949) studeerde Nederlandse taal en letterkunde en Italiaans in Amsterdam en was werkzaam in het hoger onderwijs (1976-1986), eerst in Amsterdam, daarna in Triëst (Italië). Sinds 1986 is hij werkzaam bij het Erasmus Taalcentrum in Jakarta. Na een bezoek aan het Nationaal Museum aldaar stelde hij zich vragen over de voorgeschiedenis van dat museum. Dat was de start van het onderzoek dat resulteerde in deze studie.
This book is included in DOAB.
Why read this book? Have your say.
You must be logged in to comment.